Mei staking - 43

Sicherheitspolizei (SiPo) en de Sicherheitsdienst (S.D.) in Maastricht.

- Het Reichssicherheitshauptamt (R.S.H.A) werd in 1939 opgericht na de samenvoeging van de Sicherheitspolizei (SiPo) en de Sicherheitsdienst (S.D.). Het personeel van de R.S.H.A droeg een grijs S.S.-uniform met S.D.-ruit.
- Tot september 1940 maakte Maastricht deel uit van het Einsatzkommando IV van de SiPo. Onder Einsatzkommando IV viel toen niet alleen Maastricht, maar ook Den Bosch. In september 1940 vond er een reorganisatie plaats van de in Nederland gestationeerde Duitse politie en kreeg Maastricht een afzonderlijke Außendienststelle.
- De Außendienststelle Maastricht had de taak “Politische Gegnerbekämpfung” hetgeen inhield; - Het opsporen van politieke tegenstanders, spionage en verzet; - Het verschaffen van inlichtingen en opsporen van aangelegenheden zoals arbeidsinzet en het luisteren naar verboden radio-uitzendingen; - Kennis nemen van ontwikkelingen rond kerkelijke aangelegenheden; - Het registeren en later opsporen van Joden; - Tegengaan van contraspionage en hulp aan de vijand.
- Ondercommandant Richard Nitsch (uiterst links) van de SD in Maastricht. Zijn commandant Max Strobl staat 4e van links. Wij zien op deze foto van links naar rechts:
- R.H.G. Nitsch
- E. Elshols
- Unger
- M. Ströbel
- Michels
- Schwarzenbacher
- Voskamp
- Meijer
- Witt
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking16
   
Op 29 april 1943 kregen de ongeveer 300.000 voormalige militairen van het Nederlandse leger het bevel van 'Wehrmachtsbefehlshaber' generaal Christiansen om zich als krijgsgevangenen te melden voor verplichte tewerkstelling in Duitsland. De Duitse oorlogsindustrie had een groot tekort aan arbeidskrachten. Als gevolg van die oproep braken overal in Nederland op die 29e april min of meer spontaan Meistakingen uit. De eerste staking brak in Twente uit. Eén van de grootste verzetshaarden was de mijnstreek in Zuid-Limburg.Er heerste onder de mijnwerkers al een groot ongenoegen door de invoering van van verplicht te werken op zaterdag en zondag. Ondanks de langere werktijden werd er minder geproduceerd. Een directeur van de Staatsmijnen werd gearresteerd. Op vrijdag 30 april lagen de acht particuliere en de vier Staatsmijnen stil. Verder staakten het Stikstofbindingsbedrijf, de bruinkoolgroeven en de de busdiensten in Zuid Limburg. Het Juliana kanaal werd geblokkeerd door sleepbootkapiteins met kolenaken. Ook ambtenaren van het Rijk, Provincie en Gemeenten legden het werk neer. In Midden en Noord Limburg volgde de ijzergieterij in Tegelen en ook Smeets drukkerijen in Weert gingen plat.. Verder staakten de melkrijders van de Zuivelfabrieken. De medewerkers van de Centrale Controle Dienst onder leiding van Bob Bouman waren de organisatoren van de stakingen. Zij lieten pamfletten drukken en spoorden de bedrijven aan om het werk neer te leggen.

Seyss-Inquart gaf toestemming om het politiestandrecht toe te passen. De doodstraf werd ingevoerd voor stakingen, samenscholing en het verspreiden van illegale bladen en pamfletten. Om de staking te breken werden onmiddellijk en willekeurig  mensen opgepakt. Men begon met 15 mannen. Vier werden ter door veroordeeld, maar dat vond SS Führer Rauter in Den Haag niet genoeg, dus werden er nog eens drie mijwerkers ter dood veroordeeld. Volgens de SS moesten er echter veel meer mensen terechtgesteld worden. Overvalwagens reden daarom door de mijnwerkersbuurt en er werden nog eens 140 mijnwerkers opgepakt.
Bron: Wikipedia
mijnstaking32
   
Nitsch.

* SS -Hauptscharführer (sergeant-majoor) Richard Heinrich Nitsch, (47 jaar) die als Kriminal- Oberassistent (hoofdrechercheur) aan de Aussenstelle van de Sicherheitsdienst (SD) in Maastricht was toegevoegd, kreeg levenslang opgelegd door het militair tribunaal.  Van 24 moorden werden hem er tien ten laste gelegd en bewezen verklaard. Onder zijn leiding groeide de marteling van arrestanten uit tot een wetenschappelijke methode. Collega's noemden hem de "koppensneller" van Maastricht.  * Rijkscommissaris dr. Arthur Seyss-Inquart kreeg de doodstraf en werd op16 okt.1946 opgehangen.  * Generaal Hanns Rauter werd gefusilleerd. Hij werd op 12 jan.1949 ter dood veroordeeld.  * SS kapitein Max Strobl, het hoofd van het Duitse onderdrukkingsapparaat in Limburg, bleef spoorloos.

Ruim een jaar lang na de oorlog, had Nitsch zijn identiteit verborgen kunnen houden. Na de bevrijding van Zuid-Limburg waren de SD'ers naar Venlo uitgeweken. Via Sneek kwamen zij in Haarlem terecht en op de dag van de capitulatie bevonden zij zich in IJmuiden. In parachutistenuniform meldden zij zich bij de Canadezen. In het Duitse krijgsgevangenkamp te Esterwegen werd Nitsch, eind juni 1946, ontmaskerd. Op verzoek van de waarnemend commissaris van politie van Venlo, hoofdinspecteur H.A. Wierks, werd hij op transport naar Nederland gesteld. Wierks haalde hem zelf in Ford Honswijk af. Op het politiebureau van Venlo werd Nitsch ingesloten.

Nog vóór het nieuws wereldkundig werd gemaakt, informeerde hoofdinspecteur Wierks collega's van andere korpsen in Limburg over de inbewaringstelling. Inspecteur Merkus van de gemeentepolitie Heerlen vroeg Wierks om aan Nitsch de vraag voor te leggen of de drie mijnwerkers, die op 2 mei 1943 zouden zijn terechtgesteld, inderdaad waren gedood, en zo ja, waar zij waren begraven. Tot dan was dat volstrekt onbekend.

Nitsch bevestigde dat er doodvonissen waren voltrokken. Hij was er zelf bij toen de zeven mannen werden gefusilleerd. Hij handelde in opdracht van Max Strobel en was zich van geen kwaad bewust....
Artikel links: 02-07-1946 Limburgsch Dagblad. (de naam Nitsch(e) staat fout geschreven).

Richard Heinrich George Nitsch werd op 01-11-1908 geboren te Todtgüslingen in Nedersaksen - Duitsland, als zoon van een spoorwegambtenaar. Aanvankelijk was Richard Nitsch beambte bij de spoorwegpolitie. In 1932 werd hij lid van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP) en SA/SS), vanaf mei 1940 was Nitsch in dienst van Sicherheits Polizei en de geheime inlichtingendienst (SiPo/SD)  te Arnhem en tussen oktober 1940 - april 1941 bij de SiPo te Enschede. Vanaf april 1941 bij SD te Maastricht. Nitsch wordt in 1948 door het Bijzonder Gerechtshof te Den Bosch tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld (voor meervoudige moord en -mishandeling op verzetsmensen in Limburg). Op 18-04-1959 wordt zijn levenslange gevangenisstraf omgezet in 22 jaar en 9 maanden. Nitsch wordt in 1960 (na 12 jaar gevangenisstraf) als 'ongewenst vreemdeling' over de grens gezet met West-Duitsland. Hij stief in 1990.
Bron: Delpher + Archief Well (tekst)
mijnstaking33
   
Op 2 mei 1943 werden op "de Wellsche Heide", tegenwoordig "de Hamert" genaamd in Nationaal Park de Maasduinen, zeven mannen uit Midden- en Zuid Limburg in het geheim door een Duits vuurpeleton van 15 man doodgeschoten. Ze waren er met een bus naar toe gebracht. Het vergrijp van de Limburgers was deelname aan of aansporing tot staking of niet verschijnen op het werk.

Met Nitsch begaf Wierks zich, op zondag 30 juni 1946 naar Arcen, waar hij de hulp van de postcommandant van de Rijkspolitie inriep. Op de Wellsche Heide (nu de Hamert genaamd) wees Nitsch - geketend aan de marechaussee - de plek waar zeven mannen zouden zijn begraven.
Wiel van Enckevort, geb. in Sevenum, die zelf in het verzet had gezeten en bij de Rijkspolitie werkte, staat rechts achter Nitsch (onderste foto).
Bron: Fam. Hellebrekers + Archief Well (tekst)
mijnstaking24
   
Met Nitsch begaf Wierks zich, op zondag 30 juni 1946 naar Arcen, waar hij de hulp van de postcommandant van de Rijkspolitie inriep. Op de Wellsche Heide (nu de Hamert genaamd) wees Nitsch de plek waar zeven mannen zouden zijn begraven. Nitsch herinnerde zich ook de berk met de kogelgaten 'ganz genau'.

Burgemeester Sebastiaan Douven van de gemeente Bergen leidde de graafwerkzaamheden, de volgende dag. Op de plek die Nitsch had aangewezen, werd niets gevonden. Pas na drie uur spitten legden de gemeentewerkers, enkele tientallen meters verderop, het graf van zeven geklede en geschoeide mannen bloot. Het graf was helemaal door buntgras overwoekerd.
Bron: Fam. Hellebrekers + Archief Well (tekst)
mijnstaking25
   
Die dag bestond het werk van o.a. Handrie Deckers uit het Knikkerdorp, die bij de gemeente Bergen werkte, uit het opgraven van de stoffelijke resten.

Behalve de burgemeester waren aanwezig: G. J. Agteres, dokter G. Smals, leden van de rijkspolitie, gemeente opzichter P. Hansen en enkele gemeente werklieden.

Nitsch, die weer werd voorgeleid, herinnerde zich nu de berk met de kogelgaten 'ganz genau'. Bouman die te zwak was om te staan zat op een verhoging voor de berkenboom. Naast hem stonden drie andere veroordeelden. De overigen wachtten in een autobus. "Zij hebben vijf minuten mogen bidden", zegt Nitsch.  "Da sagte der Hauptmann: Es ist vorbei und die vier reichten einander die hand ".
Bron: Fam. Hellebrekers + Archief Well (tekst)
mijnstaking19
   
"Nitsch aanschouwt zijn slachtoffers"

V.l.n.r: Dr. Hartman, Hoofd-inspecteur Wierks die het onderzoek leidt en aan wiens optreden de arrestatie van Nitsch te danken is, de SDer Nitsch (midden), inspecteur Pollaert en inspecteur Helsen uit Heerlen. De heer Hartman uit Roermond die samen met de slachtoffers was gearresteerd werd als eenige vrijgelaten door het grillige Nazi-recht.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking26
   
"Het massagraf der zeven Limburgsche helden". mijnstaking20
   
De stok in het graf was van Bouman. Hij had een diepe indruk op Nitsch gemaakt. De hoofdcontroleur van de CCD was een krachtige steun voor de anderen geweest. 'Als we sneuvelen, vallen we op het veld van eer,' had hij de anderen voorgehouden.  Hij sprak de anderen moed in en had nog een gebed voorgebeden.Bouman weigerde de blinddoek. Er was er nog een die dat had gedaan, maar Nitsch kon zijn naam niet meer herinneren.

Eerst waren er vier mannen doodgeschoten, vervolgens de drie anderen. Ter vernedering waren ze met het aangezicht naar beneden begraven. Het was toen gebruikelijk bij " verraders"'.

Waar hij zelf stond toen de schoten vielen? "Och ik heb zoiets nog nooit gezien en ik wilde er ook niet bij zijn. Ik draaide me om en wandelde de zandweg op "......
mijnstaking22
   
Originele "Bekendmaking" van deze laffe moord in 1943

De hoogere SS en Politieleider maakt bekend:

Het politiestandgerecht van het SS- en polizeisicherungsbereich voor de Provicies Limburg en Noord Brabant te Maastricht,veroordeelde den 2 mei 1943 de navolgende Nederlandsche Staatsonderdanen ter dood door den kogel:

- De hoofdcontroleur van den C.C.D. Martinus Bouman uit Roermond, geboren 05-05-1899
- De adjunct-hoofdcontroleur van den C.C.D. Leo Ruyters uit Maastricht/Heer, geboren 10-10-1892
- De districtsleider van den C.C.D. Leo Brouwer uit Maastricht, geboren 01-07-1907
- De scheikundige Johannes Boogerd uit Roermond, geboren 24-08-1906
- De electromonteur Reinier Savelsberg uit Heerlerheide, geboren 27-04-1895
- De leerling aan de Mijnschool Servatius Toussaint uit Amstenrade, geboren 24-12-1914
- De mijnwerker Meinardus Tempelaars uit Heerlerheide, geboren 06-06-1904
Bron: J.P.
ssmijnwerkersklein
 
"Het massagraf der zeven Limburgsche helden". mijnstaking21
   
Vier mannen lagen met het hoofd naar het Westen, de overigen naar het Oosten: allen met het aangezicht naar beneden.
Op 2 juli 1946 vonden identificatie en reconstructie plaats. De familieleden waren in kennis gesteld en naar de groeve gekomen. Aan de hoofdharen, de kleren, de schoenen en de houding konden zij hun dierbare overledenen terug kennen, de vader herkende zijn zoon, vrouwen herkenden hun echtgenoten en een zoon herkende zijn vader.

De lichamen werden in een kist gelegd en de zeven slachtoffers zijn op 5 juli 1946 met grote eer in hun woonplaatsen herbegraven:
- Meinardus Tempelaars, * 'sGravenhage 06-06-1904, ongehuwd, mijnwerker woonde in Heerlerheide.
- Leendert Theodorus Brouwer, * Nijmegen 01-07-1907, gehuwd, districtsleider CCD te Maastricht.
- Peter Leonard Ruyters, * Echt 10-10-1892, gehuwd, adjunkt hoofdcontroleur CCD te Heer.
- Reinier Savelsberg, * 27-04-1895, gehuwd, electromonteur O.N. Mijn III, te Heerlerheide.
- Johannes Leendert Boogerd, * Kerkwerve (Z), 24-08-1906, gehuwd, chemicus te Roermond.
- Servatius Toussaint, * Hoensbroek, 24-12-1914, gehuwd, afgestudeerd mijnscholier te Amstenrade.
- Martinus Antonius Marie Bouman, * Gouda 05-05-1899, gehuwd, Hoofdcontroleur CCD te Roermond. Werd door H.M. de Koningin postuum onderscheiden met de Militaire Willemsorde. Boumans schuilnaam was Bob, hij vervoerde per auto ontvluchte krijgsgevangenen en piloten. Hij deed belangrijk werk in de LO-organisatie, ( De Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers). Op 2 mei 1943 werd hij gearresteerd nadat hij zich bij de Duitsers had gemeld om arrestatie van medewerkers te voorkomen.
Bron: Fam. Hellebrekers + Archief Well (tekst)
mijnstaking23
   
Ruim 3 jaar rusten zij in t' massagraf, waar zij waren neergeknald. In die dagen hadden onze mijnwerkers hun werk neergelegd om te protesteren tegen t' wegvoeren van onze jongens naar Duitschland. Zeven onschuldige Limburgers werden toen gegrepen en na n' schijnproces standrechtelijk vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking27
   
Ruim 3 jaar rusten zij in t' massagraf, waar zij waren neergeknald. In die dagen hadden onze mijnwerkers hun werk neergelegd om te protesteren tegen t' wegvoeren van onze jongens naar Duitschland. Zeven onschuldige Limburgers werden toen gegrepen en na n' schijnproces standrechtelijk vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking28
   
Ruim 3 jaar rusten zij in t' massagraf, waar zij waren neergeknald. In die dagen hadden onze mijnwerkers hun werk neergelegd om te protesteren tegen t' wegvoeren van onze jongens naar Duitschland. Zeven onschuldige Limburgers werden toen gegrepen en na n' schijnproces standrechtelijk vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekersr
mijnstaking29
   
Ruim 3 jaar rusten zij in t' massagraf, waar zij waren neergeknald. In die dagen hadden onze mijnwerkers hun werk neergelegd om te protesteren tegen t' wegvoeren van onze jongens naar Duitschland. Zeven onschuldige Limburgers werden toen gegrepen en na n' schijnproces standrechtelijk vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking30
   
Ruim 3 jaar rusten zij in t' massagraf, waar zij waren neergeknald. In die dagen hadden onze mijnwerkers hun werk neergelegd om te protesteren tegen t' wegvoeren van onze jongens naar Duitschland. Zeven onschuldige Limburgers werden toen gegrepen en na n' schijnproces standrechtelijk vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking31
   
Proces-verbaal:
relateerende de opening van een
massagraf te de Hamert gemeente
Bergen(L), op 1 juli 1946 en de
identificeering der slachtoffers
aldaar op 2 juli 1946.
Bron: Fam. Hellebrekers
klik op de afbeelding en lees het hele proces verbaal - Pdf file
mijnstaking34
   
Links: Het verzetsherdenkingskruis bij de fusilladeplaats op de Hamert. De namen van de gevallenen stonden er door Wellse timmerman Antoon Coppers, die ook het kruis maakte, ingegrift.
Rechts: In 1980 is het verzetsherdenkingskruis vervangen en werd de plaquette aangebracht. Het monument is een eenvoudig eikenhouten kruis, geplaatst op een stenen muur met een plaquette waarop de tekst:

'DEN VADERLANT GHETROUWE BLYF IEK TOT IN DEN DOOT'  
GEFUSILLEERDE VERZETSLIEDEN MEISTAKING 1943  
MASSAGRAF ONTDEKT 1 JULI 1946  
BOOGERD J.L. ROERMOND - BOUMAN M.A.M. ROERMOND
BROUWER L.TH. MAASTRICHT - RUYTERS P.L. HEER  
SAVELSBERG R. HEERLEN - TOUSSAINT S. AMSTENRADE
TEMPELAARS M. HEERLEN.

Het kruis is niet alleen een symbool van het christelijke geloof, maar herinnert tevens aan het offer dat de oorlogsslachtoffers brachten voor een leven in vrijheid.
Bron: Fam. Hellebrekers + Archief Well (tekst)
Zie ook de website: Archief Well
mijnstaking17
   
Op 5 juli 1946 vond onder grote belangstelling de herbegrafenis plaats van Servatius Toussaint te Hoensbroek.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking01
   
In den langen stoet vormde een schat van bloemen een huldeblijk aan de nagedachtenis van Toussaint.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking02
   
Op 5 juli 1946 vond onder grote belangstelling de herbegrafenis plaats van Servatius Toussaint te Hoensbroek.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking03
   
De lange begrafenisstoet trok vanaf de staatsmijn Emma via de Kouvenderstraat naar Johannes Evangelistkerk of Grote Sint-Jan.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking04
   
Op 5 juli 1946 vond onder grote belangstelling de herbegrafenis plaats van Servatius Toussaint te Hoensbroek.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking05
   
Mis voor Servatius Toussaint in de Johannes Evangelistkerk of Grote Sint-Jan te Hoensbroek.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking06
   
Servatius Toussaint wordt door 10 vrienden "Kompels" naar zijn laatste rustplaats gedragen.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking07
   
Gedragen door 10 vrienden "Kompels" verlaat Servatius Toussaint de parochiekerk van Hoensbroek tusschen een haag van eerbiedig toeschouwende menschen.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking08
   
Een laatste salut aan den doode op het kerkhof te Hoensbroek.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking09
   
Teraardebestelling van Servatius Toussaint door zijn "Kompels". Op de achtergrond zien wij zijn rouwende weduwe.
Bron: Fam. Hellebrekers

mijnstaking10
   
Er was afgesproken op de graven van de vrijheidshelden niet het woord te voeren, maar in Hoensbroek heeft kapelaan Otten eenige woorden gezegd ten afscheid.
Bron: Fam. Hellebrekers

DEN VADERLAND GETROUWE
BLIJF IK TOT IN DEN DOOD
OP U ZO WIL IK BOUWEN
VERLAAT MIJ NIMMER MEER
mijnstaking15
   
Bidprentje en graf te Hoensbroek van Servatius Hendrikus Toussaint.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking11a
   
8 maanden voor zijn dood huwde Servatius Hendrikus Toussaint zijn Maria Antoinette Heijnen. Op de foto rechtsboven zien wij v.b.n.b: Berta Toussaint en Lies Heijnen. Middelste rij: ?, Leida Toussaint, Zef Cremers, het bruidspaar "Servaas en Tonia", ?, ?.
Zittend v.l.n.r: moeder van Servatius, moeder van Antoinette, vader van Servatius en de vader van Antoinette (roepnaam Tonia). Het meisje met de strik is helaas ook onbekend.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking12
   
Den Vaderland Getrouwe.
Artikel uit het blad Steenkool (nr8). Hierin schenkt met uitvoerig aandacht aan Servatius Toussaint, Reinier Savelsberg en Meinardus Tempelaars, welke op beestachtige wijze door de Duitse bezetter werden vermoord.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking13
   
Artikel links: " Limburgs Dagblad van 03-07-1946 "
Dr. Hartman uit Roermond, die samen met Bouman en de zijnen was gearresteerd, was de enige die door het grillige Nazi - recht werd vrijgelaten.
Rechtsboven: Reinier Savelsberg.
Rechtsonder: Meinardus Tempelaars.
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking18
   
5 juli 1946
Links: In de stampvolle parochiekerk te Heerlerheide werd de plechtige uitvaartdienst gehouden voor Reinier Savelsberg en Meinardus Tempelaars.
Midden: Hun kameraden van de O.N. III dekten het graf met bloemen.
Rechts: Bekleed met de roemrijke Nederlandsche driekleur stonden beide kisten van Savelsberg en Tempelaars boven het graf. 
Bron: Fam. Hellebrekers
mijnstaking14
   
Bidprentje van Reinier Savelsberg en Meinardus Tempelaars.
Beiden met vijf anderen door den bezetter gefusilleerd op de Hamersche Heide onder de gemeente Bergen op 2 mei 1943
en
Ter aarde besteld te Heerlerheide na de H. Diensten in de parochiekerk van den H. Cornelius, aldaar op 5 juli 1946.
Bron: P.R.
prompen03bew
   
Bidprentje van Meinardus Tempelaars.
Geboren te Den Haag 6 juni 1904 en gestorven 2 mei 1943.
Bron: P.R.

Zie ook mijn pagina over Joseph Peter Smeets.
prompen01bew
   
Mijnwerkersmonument Heerlerheide

Het Mijnwerkersmonument in Heerlerheide (gemeente Heerlen) is een reliëf van witte natuursteen met een afbeelding van twee mijnwerkers die hand in hand moedig de dood in de ogen kijken.

De tekst op het reliëf luidt:

'IN MEMORIAM MEINARDUS TEMPELAARS REINIER SAVELSBERG GEB. TE 's GRAVENHAGE GEB. TE SCHAESBERG 6 JUNI 1904 27 APRIL 1895 DOOR DE BEZETTER DOODGESCHOTEN OP DE HAMERTSE HEIDE TE BERGEN L. OP 2 MEI 1943 EN ALHIER TER AARDE BESTELD OP 6 JULI 1946 VOOR GOD, KONINGIN EN VADERLAND'.

Het monument is geplaatst op de Algemene begraafplaats, gelegen aan de Kampstraat te Heerlerheide.
Bron: B. van Bohemen / NIOD
mijnwerkersmonumenthlrheidekln
   
Graf van gefusilleerde mijnwerker van de ondergang gered.
Bron: Land van Herle 4 - 2001 (Roelof Braad)
klik op het artikel rechts - Pdf file
mijnstaking35
   
Martinus Antonius Marie Bouman, Gouda 05-05-1899, gehuwd, Hoofdcontroleur CCD te Roermond. Werd door H.M. de Koningin postuum onderscheiden met de Militaire Willemsorde. Boumans schuilnaam was Bob, hij vervoerde per auto ontvluchte krijgsgevangenen en piloten. Hij deed belangrijk werk in de LO-organisatie, ( De Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers). Op 2 mei 1943 werd hij gearresteerd nadat hij zich bij de Duitsers had gemeld om arrestatie van medewerkers te voorkomen. Links onderaan zien wij Martinus Bouman welke zijn laatste rustplaats heeft op het Nationaal ereveld te Loenen.
Bron: Webmaster
meidoden02
   
"Koningin Juliana reikte Willemsorde uit aan weduwe van verzetsleider"
+

"Posthume hulde aan dappere Limburgse verzetsstrijder"


Twee krantenartikelen welke gewijd zijn aan de postume uitreiking van de Militaire Willemsorde aan de weduwe van Martinus Antonius Marie Bouman, welke door de Duitse bezetter werd vermoord op de Hamersche Heide onder de gemeente Bergen op 2 mei 1943.
Bron: Webmaster
meidoden03
   
Linker foto: Leendert Theodorus Brouwer, Nijmegen 01-07-1907, gehuwd, districtsleider CCD te Maastricht.
Rechter foto: Peter Leonard Ruyters, Echt 10-10-1892, gehuwd, adjunkt hoofdcontroleur CCD te Heer.
Beide slachtofers liggen begraven op de begraafplaats aan de Tongerseweg te Maastricht.
Bron: Webmaster
meidoden01

© 2014 ww2insouthlimburg.nl - mail: info@glorysmile.nl

puksuperhigh tekst