Polen
Stanislaw Zwierzanski 1922-1982. Stanislaw Zwierzanski werd geboren te Osawola Rycerska in het deel van oostelijk Polen dat na de Tweede Wereldoorlog aan de Sovjet-Unie moest worden afgestaan. Momenteel maakt de omgeving van Lwow, waarin het plaatsje Osawola Rycerska ligt, deel uit van de Oekraïne. In september 1939 viel eerst Nazi-Duitsland en enkele weken later de Sovjet-Unie, Polen binnen. De familie werd nog datzelfde jaar door de Russen opgepakt en als dwangarbeiders naar Siberië gestuurd. Twee jaar later viel Duitsland de Sovjet-Unie binnen en waren de Polen plotseling "bondgenoten" van de Sovjet-Unie geworden. Zwierzanski kreeg toestemming om zich bij het vrije Poolse leger te voegen dat door Generaal Anders werd gevormd. Dit vrije Poolse leger mocht na een overeenkomst tussen de Sovjet-Unie en de Poolse regering in ballingschap (en na forse druk vanuit Engeland) in juli 1942 via het Midden-Oosten vertrekken naar het westelijk front. Als soldaat van het vrije Poolse leger vocht hij in Egypte en Italië, o.a. bij Monte Cassino. Hier wist het Poolse leger van Generaal Anders met zware verliezen een doorbraak te forceren nadat eerdere pogingen van Amerikaanse en Britse troepen waren mislukt. In 1946-47 werd het vrije Poolse leger dat sinds het einde van de oorlog in Engeland verbleef gedemobiliseerd. Zwierzanski gaf gehoor aan de wervingsacties van de Limburgse mijnen onder de gedemobiliseerde Poolse soldaten in Engeland en vestigde zich op 7 juni van dat jaar in Brunssum. Zijn werkplek vond hij op de Staatsmijn Hendrik te Brunssum. Rechts zien wij de Poolse Adelaar (baretembleem), en links hiervan de badge zoals gedragen op de borst van het 15th Poznan Ulan Regiment van het 2de Poolse korps. Stanislaw werd genaturaliseerd tot Nederlander op 2 september 1958. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Links bovenaan: Stanislaw Zwierzanski als jong soldaat van het vrije Poolse leger. Midden: Identiteitsplaatsjes van Stanislaw, verder zien wij zijn Soldiers Service and Pay Book (militair paspoort-betaalboekje). Bron: Familie Zwierzanski |
|
In het Midden-Oosten zag de jonge Poolse soldaat Stanislaw Zwierzanski (onderste foto-midden) allerlei voor hem vreemde gebruiken, o.a. vrouwen die schalen en kruiken op het hoofd dragen. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Kerk van St. Anne in Jerusalem. Bron: Familie Zwierzanski De Sint-Annakerk is een 12e eeuwse, rooms-katholieke basiliek, gelegen in de oude stad van Jeruzalem, Israël en is gewijd aan Anna en Joachim. Volgens de christelijke traditie woonden zij op deze plaats en werd de Maagd Maria geboren in een grot onder de basiliek. De Sint-Annakerk ligt in het oude Jeruzalem vlakbij de Leeuwenpoort en naast de Baden van Bethesda aan de noordzijde van de Tempelberg. Bron: Wikipedia |
|
De Poolse troepen werden in de hitte van Noord-Afrika klaargestoomd voor de strijd. Bovenste foto geheel rechts zittend, Stanislaw Zwierzanski. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Stanislaw Zwierzanski (rechts gehurkt) op oefening met zijn Poolse kameraden. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Rust tijdens de oefening. Bron: Familie Zwierzanski |
|
De Polen wisten al snel vrienden te worden met de lokale bevolking. Men hielp waar men kon en leerde de lokale gebruiken kennen. Op de onderste foto zien wij enkele kamelen, waarop uiteraard even gereden werd. Bron: Familie Zwierzanski |
|
De Poolse troepen kijken aandachtig toe hoe de lokale boer zijn land bewerkt. Bron: Familie Zwierzanski |
|
In het tentenkamp in de woestijn was er uiteraard ook tijd voor ontspanning. Bron: Familie Zwierzanski |
|
De lokale schoenpoetser deed in het Poolse kamp goede zaken. Soldaat Stanislaw Zwierzanski bekijkt het geheel aandachtig (rechts achter schoenpoetser). Bron: Familie Zwierzanski |
|
Appel en parade van de Poolse troepen tijdens hun verblijf in de woestijn van Noord-Afrika. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Parade van de Poolse troepen tijdens hun verblijf in de woestijn van Noord-Afrika. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Deze Poolse tankbemanning staat klaar voor de Parade van de Poolse troepen. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Groepsfoto van Poolse soldaten. Velen van hen zullen later hun leven laten tijdens de bevrijding van met name het zuidelijke deel van Europa. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Stanislaw (links) met enkele van zijn Poolse makkers in de schaduw van een palmboom. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Poolse officieren. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Een geliefde Poolse Majoor. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Dit zijn foto's uit het album van Stanislaw Zwierzanski, het zijn allemaal Poolse kameraden waarmee hij samen vocht voor de vrijheid van Europa. Velen van hen zouden hierbij het leven laten. Na de oorlog konden deze jongens/mannen niet meer terugkeren naar hun geliefde Polen, en waaierden uit over de hele wereld. In Nederland kwamen zij o.a. werken in de mijnindustrie (steenkolenmijnen). Bron: Familie Zwierzanski |
|
Prentje van een kameraad van Stanislaw Zwierzanski. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Dit zijn foto's uit het album van Stanislaw Zwierzanski, het zijn allemaal Poolse kameraden waarmee hij samen vocht voor de vrijheid van Europa. Velen van hen zouden hierbij het leven laten. Na de oorlog konden deze jongens/mannen niet meer terugkeren naar hun geliefde Polen, en waaierden uit over de hele wereld. In Nederland kwamen zij o.a. werken in de mijnindustrie (steenkolenmijnen). Bron: Familie Zwierzanski |
|
Legitimatiebewijs van het 2de Poolse korps op naam van Stanislaw Zwierzanski, met het bijbehorende speldje. De buitenkant van dit bewijs laat goed de omzwervingen van de Poolse troepen zien. Het 2de Poolse korps werd gevormd in Rusland en trok door, Iran, Irak, Palestina, Egypte en eindigde zijn strijd in Italië. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Hier zien wij Stanislaw Zwierzanski direct na de verschrikkelijke slag om Monte Cassino. De blik in zijn ogen spreekt boekdelen. Hij heeft hier net het Monte Cassino kruis ontvangen, welke werd uitgereikt aan de soldaten van het 2de Poolse korps die vochten bij Monte Cassino. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Het beroemde klooster van Monte Cassino voor en na de slag. Bron: Familie Zwierzanski De strategische positie van Monte Cassino heeft het tot de locatie van verschillende veldslagen en belegeringen vanaf de klassieke oudheid gemaakt. Naar het zuiden toe kijkt het klooster uit over de rivier Rapido. In de Tweede Wereldoorlog was de Slag om Monte Cassino, ook wel eens de Slag om Rome genoemd, een serie gevechten, toen de geallieerden tijdens de Italiaanse campagne probeerden door de Gustav-linie te breken. De intentie was de ingesloten geallieerde troepen van de Landing bij Anzio te bereiken. In de definitieve aanval op de Duitse stellingen werd de hoofdrol gespeeld door het Poolse 2e Korps van generaal Władysław Anders. Van deze Poolse soldaten sneuvelden er ongeveer 4.000. Bron: Wikipedia |
|
Stanislaw Zwierzanski - 2de Poolse korps. Bron: Familie Zwierzanski |
|
11 augustus 1944 op audiëntie bij Paus Pius XII in het Vaticaan - Zoals het goede katholieken betaamt mocht een bezoek aan de Paus in Rome natuurlijk niet ontbreken. Op het certificaat links staat de volgende tekst: Uwe Heiligheid Zwierzański Stanisław Nederig vallend op zijn knieën voor U, o Heer, nederig vallend voor Uw voeten, o Heer, verslagen aan de voeten van U, o Heer, smekend voor Uw hemelse zegen, o Heer, in volkomen overgave in het zicht van de dood, zelfs als hij niet in staat is om te biechten en de laatste communie af te leggen, zal hij de naam van Jezus aanroepen met een berouwvol hart of met zijn mond. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Zoals het goede katholieken betaamt mocht een bezoek aan de Paus in Rome natuurlijk niet ontbreken. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Begrafenis van een gevallen Poolse soldaat. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Voor de Polen, welke onder supervisie van de Britten vochten, eindigde de oorlog in Engeland-Schotland. Op deze foto zien wij dan ook meerdere Britse medailles, welke Stanislaw Zwierzanski mocht ontvangen voor zijn diensten. Geheel links zien wij horizontaal: War Medal 1939-1945 (rood-blauw) en Defence Medal 1939-1945, hierboven de 5th Kresowa Infanterie Divisie Badge (Pools) met rechts hiervan de 1939 to 1945 Star en rechts hiernaast de Italy Star. Geheel rechts onder de foto van Stanislaw zien wij de Polish Army Medal for War 1939-1945. In het midden tot slot het speldje "SPK" (Stowarzyszenie Polskich Kombatantów, SPK), van de Poolse vereniging van WWII veteranen. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Links: het rijbewijs van Stanislaw Zwierzanski. Rechts: Met dit certificaat nam Stanislaw Zwierzanski afscheid van zijn Poolse leger en vestigde zich in Brunssum, waar hij ging werken bij de staatsmijn Hendrik. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Het is onduidelijk of deze Jeep is gesneuveld tijdens het behalen van het rijbewijs!?. Bron: Familie Zwierzanski |
|
Bidprentje van Stanislaw Zwierzanski 1922-1982 met hierbij het postuum "na de dood", toegekende Polish Armed Forces in the West Military Action Cross. Bron: Familie Zwierzanski + A. Kerkhof-Buuts The Krzyz Czynu Bojowego Polskich Sil Zbrojnych na zachodzie (military cross of the Polish armed forces in the West) was instituted by the Polish Parliament on May 17th 1989. It was to award the soldiers of the Polish Forces that fought together with the Western Allies, against the Germans. Bron: Wikipedia |
|
Pools Volkslied - Mazurek Dąbrowskiego. Jeszcze Polska nie zginęła,Kiedy my żyjemy. Co nam obca przemoc wzięła,Szablą odbierzemy. Marsz, marsz, Dąbrowski,Z ziemi włoskiej do Polski, Za twoim przewodemZłączym się z narodem. Bron: Wikipedia Klik rechts op het muziekblad voor het Poolse volkslied. |
|
Jan Lebski 1918-2009. Jan was 18 toen hij thuis werd opgehaald door de Russen en getransporteerd naar Siberië. Later vond hij met hulp van de Britse regering een plaats in het nieuw te vormen Poolse leger, onder aanvoering van Generaal Anders. Mede door dit leger werd Nederland bevrijd. Na de oorlog kwam Jan naar Nederland en leerde hier zijn vrouw kennen, met wie hij 3 kinderen kreeg. Jan was een harde werker die goed zorgde voor zijn gezin. Jan werd genaturaliseerd tot Nederlander op 30 maart 1957. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan met kameraden in de Woestijn van Perzië, het huidige Iran. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan met kameraden bij een palmboom in Perzië, het huidige Iran. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan's kameraden bij een palmboom in Perzië, het huidige Iran. Bron: Fam. Lebski |
|
Poolse troepen ergens in het Midden-Oosten. Bron: Fam. Lebski |
|
Poolse troepen trekken door de woestijn. Bron: Fam. Lebski |
|
Pools trainingskamp in de woestijn. Bron: Fam. Lebski |
|
Generaal Anders inspecteert zijn troepen. Bron: Fam. Lebski Het Poolse 2e Korps was een formatie van het Poolse leger in de Tweede Wereldoorlog. Het Poolse 2e Korps werd in Irak samengesteld en omvatte in 1945 meer dan 75.000 soldaten. Het Poolse 2e Korps werd aangestuurd door de Poolse regering in ballingschap en stond onder het commando van luitenant-generaal Władysław Anders. De eenheid werd ook als de "Vrije Polen" aangeduid. Het Poolse 2e Korps werd in 1943 samengesteld uit de in 1942 gevormde 3e Karpaten-divisie en de uit de Sovjet-Unie geëvacueerde Poolse soldaten die net als hun commandant na de Sovjet-aanval op Polen in 1939 krijgsgevangen waren genomen en na de Duitse aanval op de Sovjet-Unie via Perzië mochten vertrekken. Wat volgde was een barre tocht van de vrijgelaten uitgemergelde Poolse krijgsgevangen en burgers over duizenden kilometers, deels te voet, langs de Kaspische Zee naar Perzië. Het grootste deel van de soldaten die uit de Sovjet-Unie waren geëvacueerd kwamen uit Oost-Polen en hadden onder onbeschrijfelijke omstandigheden in de Sovjet-Unie vastgezeten. Tienduizenden krijgsgevangen Polen waren hier al om het leven gekomen. Onder de soldaten waren ook veel Poolse joden, waaronder de latere Israëlische premier Menachem Begin. Bij de doortocht door Palestina besloten veel Joden om hier achter te blijven; generaal Anders besloot hiertegen niet op te treden. Tevens bleef een aantal Polen achter in Iran; de nakomelingen vormen nog steeds een kleine Poolse gemeenschap in Iran. In 1944 werd het Korps vanuit Egypte naar Italië gestuurd, waar het als onafhankelijk onderdeel van het Britse 8e Leger van generaal Oliver Leese stond. Het Poolse Korps vocht aan het Italiaanse front en nam onder andere deel aan de Slag om Monte Cassino, de slag om Ancona en de slag om Bologna deel. De Poolse troepen leverden een belangrijke bijdrage in de strijd in Italië, maar leden ook forse verliezen: 2300 soldaten sneuvelden er, meer dan 8000 raakten gewond en 535 werden vermist. De Sovjet-Unie had in de tussentijd de betrekkingen met de Poolse regering in ballingschap verbroken, zodat vanuit het oosten geen nieuwe soldaten konden komen. Aanvulling van de gelederen gebeurde door het bevrijden van Polen uit krijgsgevangenkampen, zodat het korps in 1945 meer dan 75.000 soldaten telde. Rond de 20.000 soldaten werden verder gestuurd naar West-Europa, terwijl andere onderdelen van het Korps in Italië bleven en daar in 1946 werden gedemobiliseerd. De meerderheid van de Poolse soldaten verkoos de ballingschap boven de terugkeer naar het inmiddels door de Sovjet-Unie bezette Polen. Een bekend persoon die in het Tweede Korps diende was de schrijver Gustaw Herling-Grudziński. Ook de mascotte van het korps, Soldaat Wojtek, een tamme maar dappere bruine beer werd beroemd. Bron: Wikipedia |
|
Władysław Anders (Krośniewice-Błonie, 11 augustus 1892 - Londen, 12 mei 1970) was een Pools generaal en politicus. In 1919 werd Anders stafchef van het leger van Polen, dat net onafhankelijk was geworden. In de oorlog van 1920 tegen het Rode Leger was hij bevelhebber van het 15e Ulanen-Regiments van Poznań. Na de oorlog ging hij naar Parijs voor een militaire opleiding en werd in 1925 stadscommandant van Warschau. Tijdens de Duitse invasie in Polen in Polen in 1939 was Anders bevelhebber van een brigade van de cavalerie. Vanaf 17 september 1939 vielen de legers van de Sovjet-Unie in Oost-Polen binnen tijdens de Sovjet-veldtocht tegen Polen. Bij gevechten met het Rode Leger raakte hij zwaargewond en werd krijgsgevangen gemaakt door de Sovjet-Unie. Als krijgsgevangene was hij eerst in Lemberg (Oekraïens: Львів; Pools: Lwów) en later in de beruchte Loebjanka-gevangenis van de NKVD in Moskou. Na de Duitse aanval op de Sovjet-Unie werd Anders in juni 1941 vrijgelaten en werd op 4 augustus 1941 tot bevelhebber van het Poolse leger in de Sovjet-Unie benoemd. Dit Poolse leger mocht na een overeenkomst tussen de Sovjet-Unie en de Poolse regering in ballingschap (en na forse druk vanuit Engeland) in juli 1942 via Iran en het Midden-Oosten vertrekken naar het westelijk front. Anders vocht met de soldaten van het Poolse 2e Korps in de slag bij Monte Cassino. Na de oorlog keerde Anders niet terug naar het door de Sovjet-Unie bezette Polen, maar bleef in Groot-Brittannië actief voor de Poolse regering in ballingschap. Na zijn overlijden werd Anders bijgezet op de Poolse oorlogsbegraafplaats bij Monte Cassino. Bron: Wikipedia |
|
Onderbroekenlol in de zengende hitte. Bron: Fam. Lebski |
|
Onderbroekenlol in de zengende hitte. Bron: Fam. Lebski |
|
Caïro - Egypte. Foto rechts: Jan Lebski poseert in een cactusveld. Bron: Fam. Lebski Slagorde 1944-1945: 3e Karpatische Infanteriedivisie 1e Karpatische Infanteriebrigade 2e Karpatische Infanteriebrigade 3e Karpatische Infanteriebrigade (begin 1945) 12e Podolische Ulanenregiment overige divisie-eenheden 5e Kresowa Infanteriedivisie 4e Wilno Infanteriebrigade 5e Lwów Infanteriebrigade 6e Wolyn Infanteriebrigade (begin 1945) 15e Poznan Ulanenregiment overige divisie-eenheden 2e "Warschau" Pantserbrigade (later divisie) 4e Pantserregiment 6e Pantserregiment 1e Krechowiecki Ulanenregiment 14e Wielkopolska Pantserregiment (begin 1945) Korps Artillerie 6 artillerieregimenten overige korps eenheden Bron: Wikipedia |
|
Het Monte Cassino kruis van Jan Lebski met bijbehorende legitimatie. Verder verwierf hij o.a.: War Medal 1939-1945 (rood-blauw) en Defence Medal 1939-1945 (groen-oranje) en de 1939 to 1945 Star. Abdij van Montecassino Meermalen verwoest en herbouwd: Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de abdij niet gespaard, ondanks de inspanning van vele monniken. Op 15 februari 1944, toen de Slag om Montecassino tussen de goed ingegraven Duitsers en de oprukkende geallieerden in alle hevigheid woedde, meende het geallieerde opperbevel (ten onrechte) dat de Duitsers zich ook in het klooster verschanst hadden en dat platbombarderen onvermijdelijk was. In dit gebouw van rust, vrede en gebed hadden honderden mensen een schuilplaats gevonden. Binnen drie uur tijd zou dit hun laatste rustplaats worden. Veel van de kunstschatten waren echter tijdig in veiligheid gebracht. Er werd nog een lange tijd in de ruïnes van de abdij gevochten. Na lange tijd werd het veroverd door Poolse soldaten. Bron: Wikipedia |
|
Poolse soldaten slenteren door de Italiaanse straten. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan Lebski aan de Italiaanse kust. Hier kwamen de Polen bij van de zware slag om Monte Cassino. Voor zijn bijdrage aan de bevrijding van Italië ontving Jan de Italy Star. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan met een Poolse vriend aan de Italiaanse kust. Bron: Fam. Lebski |
|
Poolse soldaten in Italië. Bron: Fam. Lebski |
|
Poolse troepen vastgelegd in Italië. Bron: Fam. Lebski |
|
Document van Jan Lebski. Bron: Fam. Lebski |
|
Jan's badge van de 5th Kresowa Infanterie Divisie Badge (Pools). Rechts, de badge zoals gedragen op de borst van het 15th Poznan Ulan Regiment van het 2de Poolse korps. Bron: Fam. Lebski |
|
Poolse troepen komen samen in Karlsruhe (Dld). Van hieruit gaat de reis verder naar Engeland. Bron: Fam. Lebski |
|
Kameraden van Jan Lebski. Bron: Fam. Lebski |
|
Kameraden van Jan Lebski. Bron: Fam. Lebski |
|
Kameraden van Jan Lebski. Bron: Fam. Lebski |
|
Kameraden van Jan Lebski. Bron: Fam. Lebski |
|
Kameraden van Jan Lebski, met rechts; Tosiek, Egypte - Qassasim. Bron: Fam. Lebski |
|
Links: Eerste Kerst in Nederland - 1947. Jan vertrok in 1947, met vele Poolse kameraden naar Zuid-Limburg en ging daar werken op de Staatsmijn Hendrik te Brunssum. Hier verbleef hij net zoals vele andere Polen in een "Gezellenhuis". Jan trouwde hier met zijn Gerda met wie hij samen 3 kinderen kreeg. Rechts: Met dit certificaat nam Jan Lebski afscheid van zijn Poolse leger in Engeland en vestigde zich in Brunssum, waar hij ging werken bij de Staatsmijn Hendrik. Bron: Fam. Lebski |
|
Linksboven: Bidprentje van Jan Lebski 23 okt 1918-7 apr 2009. Verder zien wij het aan Jan Lebski postuum "na de dood", toegekende Polish Armed Forces in the West Military Action Cross met bijbehorende legitimatie. Bron: Fam. Lebski |
|
Bijna alle Polen kennen het lied "Rode klaprozen op de Monte Cassino", dat het volgende refrein heeft: Rode klaprozen op de Monte Cassino In plaats van dauw dronken jullie Pools bloed. Langs die klaprozen ging de soldaat, en daar sneuvelde hij Maar sterker dan de dood was zijn toorn. De jaren en eeuwen gaan voorbij, Maar de sporen van die langvervlogen dagen blijven En de klaprozen op de Monte Cassino zullen nog roder zijn Want zij groeien uit Pools bloed. Bron: Wikipedia |
|
Jan Poplawski 10 jan 1925 te Lubicz (polen) - 23 okt 2014 te Heerlen. Jan Poplawski komt uit een gedeelte van Wit-Rusland dat in die tijd aan Polen behoorde. Net als vele andere Polen werd hij op een gegeven moment meegenomen door de Russen en naar Moermansk getransporteerd, om daar te werken voor de Russen. Hier bevroren enkele van zijn tenen en zijn beide oren. De Poolse dokter in dit kamp was een vriend van zijn vader en stuurde hem naar Zuid-Rusland om te herstellen. Na een lange en zware treinreis kriskras door Rusland, kwam hij aan bij de Kaspische Zee. Hier herstelde hij, waarna hij later met vele andere Polen in juli 1942 per schip naar Perzië, het huidige Iran wordt gebracht. Hier krijgt het vrije Poolse leger gestalte. Als Jan Poplawski in 1943 18 jaar word, wordt hij gerekruteerd en mag aan de gevechten gaan deelnemen. Via gevechten in Noord-Afrika, (o.a. Tobruk) belanden de Polen uiteindelijk via de haven van Haifa (Israel) in Italië, om hier deel te nemen aan de bevrijding. Hier vechten zij o.a. in Bologna, Ancona, Appenijnen, Adriatische Kust en niet te vergeten de bloedige strijd bij Monte Cassino. Hier laten velen van hen het leven. De Poolse troepen blijven tot het eind van de oorlog in Italië. In oktober 1945 gaan zij per schip van Napels in Italië, naar Schotland, waar zij aankomen in Glasgow. Van hieruit gaat het per trein naar Chippenham in het Zuiden van Engeland, waar zij werden gestationeerd. Jan vertrekt op 30 mei 1947 naar Nederland (Harwich-Hoek van Holland), om hier te gaan werken. Als hij samen met vele andere Poolse ex militairen aankomt worden zij verdeeld in bussen. Iedere bus heeft zijn eigen bestemming (Steenkolenmijnen, Zinkwit fabriek enz). Jan gaat samen met zijn kameraden: Zwierzanski, Lebski en Hyndycz werken bij de Zinkwit fabriek te Eijsden. Omdat het werk hier nog meer gevaar oplevert voor de gezondheid dan het werken in de Steenkolenmijnen, besluiten zij hun geluk te gaan beproeven op de Staatsmijn Hendrik te Brunssum. Jan Poplawski vind zijn intrek in het Gezellenhuis, wat gevestigd is in de oude school op de Kerkstraat te Brunssum, Hier verblijven zij op de bovenste verdieping (Huidige plaats - Jan Linders). Jan werd genaturaliseerd tot Nederlander op 5 april 1962. Bron: Jan Poplawski |
|
Links: Jan Poplawski (links) poseert hier met een kameraad en een onbekende schoonheid. Deze foto werd genomen aan de Adriatische Zee in Italië. Rechts: Jan Poplawski (links) poseert hier met zijn goede vriend Korzum, welke als Rus in het Poolse leger vocht. Deze foto werd genomen aan de Adriatische Zee in Italië. |
|
De Poolse troepen verbleven tot aan het einde van de oorlog in Italië. Bron: Jan Poplawski |
|
Jan Poplawski (rechts) poseert hier met twee Poolse kameraden ergens in Italië. Links op de foto staat zijn goede vriend Korzum (links), welke als Rus in het Poolse leger vocht. Bron: Jan Poplawski |
|
Links: Kuzmiez Deze Poolse soldaat werd door Jan gered tijdens een granaat inslag bij de slag om Monte Cassino. Jan verloor hierdoor zijn complete rugzak, welke werd weggeblazen. Verder kreeg hij twee kleine granaatsplinters in zij lichaam. Het liep voor beide gelukkig goed af. Jan heeft nog jarenlang met deze vriend gecorrespondeerd, nadat deze zich gevestigd had in Buenos Aires in Argentinië. Bij de laatste verhuizing is het adres van deze kameraad verloren gegaan. Rechts: Korzum Deze vriend van Jan Poplawski was van Russische afkomst. Hij vocht mee in het vrije Poolse leger. Bron: Jan Poplawski |
|
Het bespelen van de accordeon was onder de Poolse soldaten zeer populair. Bron: Jan Poplawski |
|
Hier zien wij Jan Poplawski met zijn legitimatiebewijs, plus badge van de Poolse 3rd Carpathian Rifle Division. Waarschijnlijk is deze foto genomen in Schotland. Bron: Jan Poplawski |
|
Omdat de Polen vochten onder Brits gezag, kregen zij uiteraard ook de Britse campagne medailles uitgereikt. Jan kreeg vlnr: - Italy Star - 1939 to 1945 Star - War Medal 1939-1945 Bron: Jan Poplawski |
|
Lijst van Britse medailles tijden WW2. Bron: Jan Poplawski |
|
Jan verwierf tijdens WW2 en lang daarna de nodige onderscheidingen. Hij bleef tot aan zijn dood een actieve veteraan en bezocht jaarlijks o.a. de dodenherdenking op het Brits oorlogskerkhof te Brunssum, en uiteraard de nodige herdenking mbt Poolse kameraden. Ook nam hij deel aan de Grote herdenking bij Monte Cassino in mei 2014. Rechts onder de foto van Jan het befaamde Monte Cassino kruis. Links 2 onderscheidingen, na de oorlog uitgereikt door de Poolse staat. Bron: Jan Poplawski |
|
Jan's laatste reis op 31 okt 2014. Jan werd met Poolse militaire eer uitgeleide gedaan. Bron: Fam. Poplawski |
|
Eugeniusz Gola 1923-1992. Eugeniusz Gola werd geboren op 18 november 1923 in de plaats Rogowicz te Polen. Eugeniusz werd tijdens de oorlogsjaren door de Duitse bezetter als dwangarbeider tewerkgesteld in Duitsland, waar hij in 1944 wist te ontvluchten naar Frankrijk. Hier sloot hij zich aan bij het Vrije Poolse leger. Hij deed in 1944-1945 o.a. dienst in Egypte, Italië en Frankrijk en eindigde zijn korte militaire loopbaan in Engeland. Na de demobilisatie van het Poolse leger in 1947, vestigde hij zich in Nederland, waar hij ging werken als mijnwerker. Hij was gehuwd met Stanislawa Zlobinski. Samen kregen zij twee kinderen. Op 22 november 1965 werd Eugeniusz Gola genaturaliseerd tot Nederlander. Wij zien op deze foto Eugeniusz tussen 2 kameraden staan in de Egyptische woestijn. Bron: G. Gola |
|
Poolse soldaten maken een ritje op een olifant in Egypte. De verzorger van de olifant draag een "FEZ", een fez is een hoofddeksel dat genoemd is naar de stad Fez in Marokko. Bron: G. Gola |
|
Eugeniusz Gola staat hier samen met enkele van zijn kameraden tussen de Cactussen in Egypte. Bron: G. Gola |
|
Eugeniusz Gola (links vooraan liggend) met enkele van zijn kameraden. Bron: G. Gola |
|
Eugeniusz Gola (bovenste foto, gehurkt - onderste foto, geheel links) met enkele van zijn kameraden. Bron: G. Gola |
|
Uit het fotoalbum van Eugeniusz Gola. Bron: G. Gola |
|
2de van links, Eugeniusz Gola. Bron: G. Gola |
|
Geknield, Eugeniusz Gola. Bron: G. Gola |
|
Vooraan links, Eugeniusz Gola. Bron: G. Gola |
|
Monument van het Poolse 4th Armoured Regiment bij Monte Cassino. Bron: G. Gola |
|
Monument van het Poolse 4th Armoured Regiment bij Monte Cassino. Bron: G. Gola |
|
Monument van het Poolse 4th Armoured Regiment bij Monte Cassino. Bron: G. Gola |
|
Voordat Eugeniusz Gola en zijn Poolse kameraden werden verscheept naar Engeland, verbleven zij enige tijd in de Caserne de Galbert in Annency (Frankrijk). Deze kazerne bood voor de oorlog plaats aan de Franse bergjagers. Bron: G. Gola |
|
Parade van Poolse troepen door Annency. Bron: G. Gola Annecy (Savoyaards: Èneci) is een stad en gemeente, gelegen in het departement Haute-Savoie in het oosten van Frankrijk. De stad is tevens de hoofdstad van het departement, en telt iets meer dan 51.000 inwoners (2006), die Annéciens worden genoemd. Bron: Wikipedia |
|
Monument voor de Franse bergjagers. Bron: G. Gola |
|
Eugeniusz Gola staat hier met enkele van zijn makkers bij het monument van de Franse bergjagers. Ook zien wij hier zijn Soldiers Service and Pay Book (militair paspoort-betaalboekje). Bron: G. Gola |
|
Poolse troepen bij het monument van de Franse bergjagers. 3de van links: Eugeniusz Gola. Bron: G. Gola |
|
De foto rechts werd genomen in Engeland, Eugeniusz Gola staat geheel rechts. Vanuit Engeland zou hij later naar Nederland vertrekken om mijnwerker te worden in Brunssum (Staatsmijn Hendrik) + Hoensbroek (Staatsmijn Emma). Links zien wij een akte van bekendheid, deze had men nodig als men een huwelijk wenst aan te gaan en daarvoor een geboorteakte nodig heeft, doch tengevolge van de plaats gehad hebbende oorlog in de onmogelijkheid verkeert, zodanig document over te leggen. 4 Poolse kameraden van Eugeniusz traden hierbij als getuigen op. Getekend 5 mei 1950. Bron: G. Gola |
|
Links zien wij het bewijs van ontslag van de staatsmijnen waar Eugeniusz Gola werkzaam was. Hij begon zijn loopbaan in mei 1947 als sleeper op de staatsmijn Hendrik en eindigde als houwer/onderh.bed.arb(B) op de staatsmijn Emma op1-12-1973. Rechts zien wij zijn bewijs van Nederlanderschap, welk hij verkreeg op 12 jan 1967 in de gemeente Brunssum. Bron: G. Gola |
|
Michal Zawislak, geboren 24 juli 1923 Tuszow Polen - overleden op 28 november 2000. Michal is via Schotland naar Nederland gekomen en heeft hier in een cafe aan de Dorpstraat de liefde van zijn leven gevonden, met wie hij 10 kinderen kreeg. Michal draagt op zijn linker borst, de badge van het Poolse 14th Jazlowiecki Ulan Regiment. Bron: Hilde Zawislak |
|
Een onbekende Poolse kameraad van Michal Zawislak. Bron: Hilde Zawislak |
|
Hier zien wij Michal met enkele Poolse kameraden samen met de schotse jeugd in de buurt van Glasgow. Bron: Hilde Zawislak |
|
Hier zien wij Michal met enkele Poolse kameraden in de buurt van Glasgow. Bron: Hilde Zawislak |
|
Hier zien wij Michal met enkele Poolse kameraden in de buurt van Glasgow. Bron: Hilde Zawislak |
|
Hier zien wij Michal met enkele Poolse kameraden in de buurt van Glasgow. Bron: Hilde Zawislak |
|
Hier zien wij Michal met enkele Poolse kameraden in de buurt van Glasgow. Bron: Hilde Zawislak |
|
Na de oorlog bleef Michal zoals zoveel Poolse veteranen stateloos. Op 23 december 1968 werd hij genaturaliseerd tot Nederlander. Bron: Hilde Zawislak |
|
Stefan Kowalczyk 1922-1997 Bron: Fam. Kowalczyk |
|
De Duitse bewakers van "Bauwtroep 43" in Baranowitsche in het huidige Wit-Rusland. Hier werd Stefan door de Duitse bezetter verplicht tewerkgesteld. Vluchten werd meteen bestraft met de dood. De bewakers zijn dan ook tot de tanden bewapend Bron: Fam. Kowalczyk |
|
Stefan werd op 24 december 1922 geboren te Włoszczowa, een plaats in Polen. Hij is zijn geboorteplaats ooit ontvlucht voor de daar heersende armoede en naar elders getrokken. Hij werd tijdens de Tweede Wereldoorlog als dwangarbeider tewerkgesteld door de Duitse bezetter, en deed zijn werk o.a. in Baranowitsche in het huidige Wit-Rusland waar hij werkte in "Bauwtroep 43". Volgens zijn dochter heeft hij meerdere keren de dood in de ogen gekeken. Waar deze verschrikkelijke omstandigheden voor Stefan een einde namen is onbekend. Hij is direct na zijn bevrijding voor het Amerikaanse leger gaan werken, en deed dienst bij "Headquarters 1196 Labor Supervision Company" in Regensburg en Leipzig, waar hij werkte als kok. Zijn militaire carrière eindigde op 1 oktober 1947. Hierna is hij net als vele andere Polen gaan werken in de Limburgse mijnen. Hier leerde hij ook zijn latere vrouw, Marie Verheijen kennen, met wie hij in november 1954 in het huwelijksbootje stapte. 3 van zijn dochters, de zingende zussen Toni, Marianne en Betty, vormden de kern van de bekende Nederlandse popgroep Pussycat. Pussycat scoorde in 1975 een wereldhit met het nummer Mississippi. Stefan Kowalczyk stierf op 12 april 1997. Bron: Fam. Kowalczyk |
|
Stefan Kowalczyk, links op deze foto in Amerikaans uniform. Waarschijnlijk is deze foto genomen op de Kruisberg te Brunssum. Wie de vrouw en de andere militair zijn is onbekend. Rechts boven zien wij de Verlofpas "Off Duty Pass" van Stefan Kowalczyk-Headquarters 1196 Labor Supervision Company. Bron: Fam. Kowalczyk |
|
Ontslagbewijs van Stefan Kowalczyk. Op 1 oktober 1947 eindigde zijn dienstverband van 10 maanden, waarin hij werkzaam was in de "Labor Service" van de US Army in Duitsland. Stefan was ingedeeld bij, Headquarters 1196 Labor Supervision Company in Regensburg en Leipzig, waar hij dienst deed als kok. Volgens dit "Certificate of Discharge" Stefan has served Honestly and Faithfully, en was zijn karakter Very Good. Bron: Fam. Kowalczyk |
|
"Akte van Bekendheid - 1 oktober 1954" Toen Stefan Kowalczyk met zijn Marie wilde gaan trouwen deed zich een probleem voor. Hij kon wegens de oorlogs perikelen geen geboorteakte overleggen. Om toch te kunnen trouwen had hij deze akte van bekendheid nodig. 4 andere Polen, te weten; Michael Gryszkowski, Andrej Biela, Wladyslaw Swiatalski en Wladislaw Zaplotny moesten voor de Kantonrechter getuigen dat zij wisten dat Stefan 32 jaar oud was en in Polen was geboren, met Michael Gryszkowski was Stefan zelfs samen in het Amerikaanse leger geweest in Duitsland. Nadat deze akte was betekend kon Stefan eindelijk in november 1954 in het huwelijk treden met Marie Verheijen. Bron: Fam. Kowalczyk |
|
Documenten van de Staatsmijnen op naam van Stefan Kowalczyk. Stefan heeft vanaf januari 1948 op de Staatsmijn Hendrik gewerkt en hierna nog tot zijn pensioen in 1974 op de Staatsmijn Emma dienst gedaan. Bron: Fam. Kowalczyk |
|
Jozef Bielawski 5 juni 1922 te Omelanka - 21 augustus 2012 te Brunssum. Jozef Bielawski heeft tijdens WW2 als dwangarbeider bij een Duitse wijnboer in het Schwarzwald moeten werken. Hij heeft tijdens zijn verblijf hard moeten werken, maar deze wijnboer was heel schappelijk, hij heeft Jozef toch als mens behandeld. Dwangarbeiders in de naaste omgeving hadden het veel slechter getroffen. Toen de oorlog afgelopen was, konden de dwangarbeiders beslissen of terug naar het geboorteland of blijven. Jozef Bielawski besloot, eigenlijk op het laatste moment, niet terug te gaan naar zijn geboorteland. Zo is hij bij het Amerikaanse leger als bewaker ingeburgerd. Aangezien de Nederlandse mijnen naar arbeiders zochten, is hij in Duitsland benaderd om ook in Limburg in de mijn te gaan werken. Hij heeft in de jaren na de oorlog in het gezellenhuis in Brunssum gewoond. Toentertijd was Dancing Bus the place to be en zo heeft hij zijn Lies Cox uit Merkelbeek leren kennen, waar hij meer dan 60 jaar mee getrouwd is geweest. Hij is helaas op 21 augustus 2012 in de leeftijd van 90 jaar overleden. Heel leuk om er even bij te zeggen is, dat Jozef Bielawski heel vaak heeft gezegd, dat hij ontzettend blij is dat hij besloten heeft te blijven en in Nederland is gaan wonen. Zijn broer ook dwangarbeider geweest in Duitsland had het minder getroffen en is weer teruggekeerd naar Polen. Jozef is op 24 februari 1978 genaturaliseerd tot Nederlander. De foto van Jozef werd genomen in Schwetzingen, in de buurt van Heidelberg in Duitsland. Fotograaf: Photohaus Thome. Bron: Fam. Bielawski |
|
Op 5 november 1945 werd Jozef Bielawski door het Centraal Pools Comité te Freiburg een nieuw Pools paspoort overhandigd. De woonplaats van Jozef was op dat moment de stad Offenburg in Duitsland. Op de foto rechts zien wij Jozef links. Op de onderste foto, de exercitieplaats van de kazerne in Mannheim (Dld). Bron: Fam. Bielawski |
|
Kazerne in Mannheim (Dld), waar Jozef dienst deed als bewaker. Bron: Fam. Bielawski |
|
Bovenste foto: Jozef Bielawski, voorste rij 4de van links, met zijn kameraden van de bewakingstroepen. Mannheim (Duitsland). Onderste foto: Jozef Bielawski, staand geheel rechts. Bron: Fam. Bielawski |
|
Onderbroekenlol op de kazerne met in het midden Jozef Bielawski. Mannheim (Dld). Bron: Fam. Bielawski |
|
Ook de dames mochten niet ontbreken op het kazerneterrein, geheel rechts Jozef Bielawski. Bron: Fam. Bielawski |
|
Hier word geposeerd bij een Amerikaanse legertruck, geheel rechts Jozef Bielawski. Bron: Fam. Bielawski |
|
Jozef's kameraden van de bewakingstroepen. Bron: Fam. Bielawski |
|
Jozef's kameraden van de bewakingstroepen, hier op een kermis in Duitsland. Bron: Fam. Bielawski |
|
Nog een kameraad van Jozef Bielawski. Bron: Fam. Bielawski |
|
Certificate of Discharge + Personal Data US Army van Jozef Bielawski. Het Certificate of Discharge is gedagtekend 4 december 1947. Hieruit blijkt dat Jozef op vrijwillige basis dienst heeft genomen bij - 1306 HQ - Labor Supervision Company - APO 403A - US Army. Hij heeft 12 maanden gediend als bewaker in Mannheim (Duitsland). Bron: Fam. Bielawski (klik hier voor beide papieren van Jozef Bielawski - Pdf file) |
|
Zoals reeds eerder aangegeven heeft Jozef Bielawski in Brunssum gewerkt als ondergronds mijnwerker. Op de bovenste foto staat hij geheel links naast zijn kameraden van de "Koel". De eerst jaren verbleef hij in het gezellenhuis te Brunssum. Op de onderste foto: Staatsmijn Hendrik te Brunssum. Bron: Fam. Bielawski |
|
Jozef Bielawski op zwier met vrienden in Brunssum. Op de bovenste foto 2de van links, op de onderste foto geheel links. Bron: Fam. Bielawski |
|
10-9-1969 aanvraag voor een zoekopdracht van Czeslaw Bielawski, neef van Jozef aan het Internationale Rode Kruis te Arolsen (Duitsland). Hij zoekt zijn oom Jozef Bielawski (Broer van vader). Uit dit stuk blijkt dat Jozef in 1946 tijdelijk was ondergebracht in een zogenaamd "DP Camp" (Displaced Person) te Böblingen, bij Stuttgart in Duitsland. In 1947 was hij werkzaam voor de US Army te Mannheim als bewaker. Later dat jaar vertrok Jozef naar Nederland, om zich uiteindelijk in Brunssum te vestigen, werken als mijnwerker, en een gezin te stichten. Op 14 januari 1970, dik 25 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, kwam eindelijk de aanvraag voor een zoekopdracht van Czeslaw Bielawski, neef van Jozef aan het Internationale Rode Kruis te Arolsen bij Jozef Bielawski binnen. Op de foto zien wij Czeslaw Bielawski (neef van Jozef), welke via het Rode Kruis een zoek tocht naar Jozef is gestart. Bron: Fam. Bielawski |
|
Bij gelegenheid van de kroning van Prinses Juliana tot koningin der Nederlanden in 1948 trok deze Poolse groep met een wagen mee in de feestelijke optocht door o.a. de Spoordijkstraat in Hoensbroek. V.l.n.r: Kristel van Soest, Sanny Gnutek, ?, Jozef Zlobinski, Egeniusz Gola, Stasja Zlobinski en Truda Zlobinski-Zadjko. Jozef Zlobinski en Egeniusz Gola zijn beiden Poolse militairen, welke hebben deelgenomen aan de bevrijding van Europa. Bron: G. Gola |